Toxoplasma

Toxoplasma, toxoplasmose

Toxoplasmose is een zoönose veroorzaakt door Toxoplasma gondii. Katten en katachtigen zijn het reservoir voor deze parasiet en de mens kan besmet raken door het eten van besmet rauw of onvoldoende verhit vlees, contact met kattenfeces (kattenbak, tuinieren), in utero als de zwangere een primaire infectie doormaakt of via orgaantransplantatie.

De incubatietijd is 10-23 dagen.

Ziekteverschijnselen variëren van asymptomatisch tot een mild beeld met lymfadenopathie (cervicaal), koorts, algehele malaise, rash en oogklachten. Immuun gecompromitteerde personen (met name HIV/AIDS, transplantatie) hebben een verhoogd risico op een ernstig beloop. Een zwangere die een primaire infectie doormaakt loopt kans op een kind met congenitale Toxoplasmose. Met name bij een infectie in het eerste trimester is de kans op ernstige pathologie groot.

Zie voor meer informatie de LCI-richtlijn Toxoplasmose

Diagnostiek

• Serologie toxoplasmose: aantonen IgG en IgM. IgM kan tot 2 jaar na seroconversie aangetoond worden en is daarom niet geschikt voor het vaststellen van een recente infectie. Bij een klinische verdenking moet altijd na 2-3 weken een 2e monster ingestuurd worden om te kijken of er een significante titerstijging is. In een aantal situaties, bv in de zwangerschap, is het van belang om inzicht te hebben in de duur van de infectie, dan zal ook de aviditeit bepaald worden. Bij een hoge aviditeit bestaat de infectie in ieder geval langer dan 4 maanden. Probleem is dat niet iedere patiënt hoogavide antistoffen maakt waardoor men ten onrechte concludeert dat er sprake is van een recente infectie.
• PCR Toxoplasma: indicatie zwangere vrouwen met verdenking intra-uteriene infectie op basis serologie en immuun gecompromitteerde patiënten met verdenking reactivatie latente infectie.